Succesvolle aanpak verlaagt voortijdig schoolverlaten in het mbo
De nieuwste cijfers over voortijdig schoolverlaten laten een positieve ontwikkeling zien, constateert MBO Raad-voorzitter Adnan Tekin. Het aantal nieuwe uitvallers in het mbo is gedaald met bijna tweeduizend. In deze opiniebijdrage pleit Tekin voor voortzetting van de gezamenlijke inspanningen van scholen, gemeenten en andere partners om de uitval verder terug te dringen.
Dat minder mbo-studenten stoppen of onbedoeld overstappen, laat zien dat de ingezette aanpak werkt. Scholen doen er alles aan om jongeren te helpen bij het afronden van hun opleiding en bieden begeleiding aan studenten die willen terugkeren of een beter passende route zoeken. Dankzij maatwerktrajecten en begeleiding verwachten we dat het aantal uitvallers verder zal dalen.
Ook helpt de nieuwe ‘Wet van school naar duurzaam werk’ jongeren zonder startkwalificatie sneller op weg naar werk of een vervolgopleiding. De wet biedt onder meer extra ondersteuning bij de overstap van het voortgezet speciaal onderwijs naar het mbo en voorkomt dat jongeren vroegtijdig uit zicht verdwijnen. Tegelijkertijd moeten we realistisch zijn: scholen hebben maar gedeeltelijk invloed op uitval. Veel oorzaken liggen buiten de invloedssfeer van de school. Daarom is samenwerking met andere partijen nodig, zoals gemeenten en het bedrijfsleven. Deze samenwerking heeft met de Werkagenda mbo een impuls gekregen, maar heeft nog wel tijd nodig om verder te bestendigen.
Bewust kiezen
Wat opvalt, is dat sommige scholen effectief zijn in het beperken van uitval. Hun specifieke opleidingsaanbod en gerichte begeleiding dragen wellicht bij aan betere studiekeuzes. Studenten lijken hier vaker bewust te kiezen voor een richting die echt bij hen past. Inzicht in studiekeuzebegeleiding, betrokkenheid van docenten en persoonlijke aandacht voor de student zijn hierbij cruciaal. De lessen die we hieruit trekken, zijn waardevol voor de hele sector.
Toeleiding
Hoewel het mbo duidelijke stappen zet, zien we dat er in de toeleiding naar het mbo nog uitdagingen liggen. In het voortgezet onderwijs is sprake van een lichte stijging van het aantal uitvallers, met name onder nieuwkomers en jongeren met een kwetsbare positie. Dit onderstreept het belang van goede samenwerking tussen sectoren. Deze overgang is voor veel jongeren bepalend. Tijdige signalering, passende oriëntatie en soepele doorstroom zijn essentieel om voortijdige uitval te voorkomen.
Flexibel
Soms vallen jongeren uit omdat ze een verkeerde keuze hebben gemaakt en niet op korte termijn opnieuw kunnen starten. Gelukkig bieden steeds meer opleidingen flexibele instroommomenten aan. Dat vraagt wel om organisatorische aanpassingen. Binnen de sector werken we eraan om dit soort flexibele routes structureel mogelijk te maken. Zo creëren we een onderwijsaanbod dat meebeweegt met de keuzes van studenten.
We blijven ons inzetten
Het is bemoedigend dat het aantal uitvallers daalt, maar ons werk is nog niet klaar. We willen dat alle jongeren, ook voor wie een standaardroute minder vanzelfsprekend is, zicht houden op een waardevolle toekomst. Daarom zetten we steeds vaker in op maatwerktrajecten, praktijkgerichte routes en het modulair opbouwen van diploma’s. Die flexibiliteit helpt jongeren om stap voor stap richting een startkwalificatie en een duurzame plek op de arbeidsmarkt te groeien. De ‘Wet verbetering aansluiting beroepsonderwijs-arbeidsmarkt’ (Vaba), waardoor we meer maatwerk en begeleiding kunnen leveren, gaat ons daarbij enorm helpen.
Samen met scholen, gemeenten en andere partners blijven we bouwen aan een stelsel waarin jongeren niet tussen de wal en het schip vallen, maar de ruimte krijgen om te kiezen, te groeien en opnieuw te starten als dat nodig is. Dat is van groot belang voor de jongeren zelf én voor de toekomst van Nederland.
Bron: mbo-today.nl