Beroepsbeeld
Het werk van laborant klinische neurofysiologie is een combinatie van werken in de zorg en bezig zijn met techniek. Een laborant klinische neurofysiologie helpt diagnose stellen bij aandoeningen en/of klachten die het gevolg zijn van stoornissen in het zenuwstelsel. Dit zijn neurologische problemen. Je onderzoekt de werking van zenuwen, spieren en bloedvaten en je maakt bijvoorbeeld grafieken van de activiteit van hersenen. Deze werkzaamheden worden verricht met behulp van elektronische apparatuur. Daarom moet je gevoel van techniek hebben, maar je moet ook goed met mensen kunnen omgaan én met ziekte. Je krijgt regelmatig te maken met ernstig zieke patiënten. Uitleggen wat er gaat gebeuren is niet altijd even eenvoudig, zeker niet als er bij je patiënten sprake is van een beroerte of dementie.
Verder analyseer je bepaalde uitslagen en die combineer je eventueel met uitslagen van andere onderzoeken. Een goede laborant klinische neurofysiologie helpt een arts bij het stellen van een diagnose of om de huidige medische situatie van een patiënt in kaart te brengen. Gaat het beter, blijft alles hetzelfde of gaat het juist slechter? De uitslagen van jouw onderzoeken spelen een rol bij het beantwoorden van deze vragen.
Beroepseisen
Je moet een band hebben met techniek. De apparatuur die je bedient, gaat qua moeilijkheidsgraad behoorlijk ver. Je onderzoekt graag dingen en je werkt nauwkeurig. Als jij een apparaat verkeerd bediend en er daardoor een verkeerde uitslag ontstaat, dan kan dit enorme gevolgen hebben. Je hebt veel verantwoordelijkheidsgevoel. Daarnaast kun je goed communiceren en je vindt het fijn om met mensen te werken. Tot slot heb je een flinke portie geduld nodig.
Werkomstandigheden
Een laborant klinische neurofysiologie werkt in een algemeen of een gespecialiseerd ziekenhuis. In principe werk je op de afdeling klinische neurofysiologie, maar je hulp kan ook ingeroepen worden voor afdelingen zoals de intensive care of operatiezalen. Je hebt vrijwel altijd werktijden binnen traditionele kantooruren, met uitzondering van sporadische spoedgevallen.