Beroepsbeeld
Je repareert en controleert auto´s en geeft onderhoudsbeurten. De diagnoses die je moet stellen zijn vaak moeilijke storingen, die je opspoort met testkasten. Zaken als een alarmsysteem installeren, banden verwisselen, vloeistoffen bijvullen, radio en trekhaken monteren en uitlaten repareren komen veel terug in je werk. Je legt aan klanten uit wat het probleem is en stuurt collega´s en leerlingen aan. In je werk zul je veel gebruik maken van verschillende apparaten en gereedschappen. Doordat het werk steeds elektronischer wordt zul je minder hoeven sleutelen. In plaats daarvan zul je met draadjes moeten werken om tot een oplossing van het probleem te komen. Verder zorg je ervoor dat de werkplaats er schoon en netjes uitziet na een dag hard werken.
Beroepseisen
Je hebt technisch inzicht, je kunt goed met je handen werken en je hebt verstand van auto´s. Je kunt goed leidinggeven en je bent klantvriendelijk. Verder ben je nauwkeurig en communicatief vaardig.
Werkomstandigheden
Een eerste autotechnicus werkt bij een autogarage, merkdealer of een bedrijf dat auto´s repareert en verkoopt. Het werk voer je altijd uit op de werkplaats van het bedrijf.